DepoMedrol

Would you like to read this information again? Use the following options:

Alles over DepoMedrol

Powered by: KNMP logo
  • Introductie

    De werkzame stof in DepoMedrol is methylprednisolon.

    Methylprednisolon is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd. Natuurlijke bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties en zijn nodig voor het vrijmaken en opslaan van energie, mineralen en zouten.

    Methylprednisolon wordt toegepast bij zeer veel aandoeningen, waarbij ontstekings-verschijnselen een rol spelen, zoals astma, COPD, reuma, Multiple Sclerose (MS), Lupus Erythematodes (LE), bepaalde bloedziekten, de darmziekten colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn, en allergische reacties. Verder werkt het tegen sommige vormen van kanker en tegen de ernstige misselijkheid die kan ontstaan bij chemotherapie.

    Vaak in combinatie met andere geneesmiddelen wordt het tevens toegepast bij het voorkomen van afstotingsreacties na orgaantransplantaties.

    Ook wordt het gebruikt als substitutietherapie, om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen te vervangen, zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom.

    Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur.

    Stootkuur
    Een stootkuur is een behandeling van een tot vier injecties. Bij een stootkuur treden meestal geen ernstige bijwerkingen van methylprednisolon op. De injecties blijven gedurende enkele dagen werken.

    Een stootkuur wordt toegepast bij plotselinge verergeringen van bepaalde aandoeningen. Meestal zijn dit chronische aandoeningen waarbij ontstekingsverschijnselen een rol spelen. Methylprednisolon geneest de aandoening niet, maar onderdrukt de ziekteverschijnselen, zodat uw lichaam zich makkelijker kan herstellen. Ook is er meer effect van andere geneesmiddelen als uw conditie beter is.

    Meestal merkt u de werking binnen enkele uren. Soms is de stootkuur bedoeld om de periode te overbruggen tot u de werking merkt van een ander middel, waarvan het effect langzamer intreedt.

    Langdurige behandeling
    Een langdurige behandeling duurt enkele maanden of langer en bestaat uit een maandelijkse injectie met methylprednisolon.

    Gedurende de hele behandeling bepaalt uw arts samen met u of de hoeveelheid methylprednisolon moet worden bijgesteld, zodat u de laagst mogelijk dosering gebruikt die nog goed werkt.

    Deze langdurige behandeling wordt toegepast bij ernstige ziekten waarbij ontstekingsverschijnselen een rol spelen in het geval dat andere geneesmiddelen niet of onvoldoende helpen.

    Het kan bij deze aandoeningen enkele weken duren voor u het effect van methylprednisolon merkt.

    Onderdeel van een behandeling tegen kanker
    In dit geval is er meestal sprake van een combinatie met andere medicijnen tegen kanker. Het verbetert de eetlust, vermindert vermoeidheid en zorgt er vaak voor dat u zich beter gaat voelen.

    Veel medicijnen tegen kanker veroorzaken ernstige misselijkheid. Methylprednisolon kan deze vorm van misselijkheid verminderen, vooral omdat het uw stemming en eetlust verbetert. U gebruikt het vaak samen met een ander middel tegen misselijkheid, zoals metoclopramide, ondansetron, granisetron of domperidon.

    Substitutietherapie
    Substitutietherapie betekent dat men een tekort aan een lichaamseigen stof aanvult met een medicijn. In dit geval betreft het een tekort aan het lichaamseigen bijnierschorshormoon cortisol.

    Het wordt gebruikt bij een plotseling tekort aan cortisol, het natuurlijke bijnierschorshormoon. Dit heet een Addison crisis en kenmerkt zich door gebrek aan eetlust, misselijkheid, braken, krampende buikpijn en diarree, vaak gepaard gaande met koorts, slaperigheid, sufheid en zwakte, tot verschijnselen als extreme vermoeidheid.

    Bij onder andere de volgende aandoeningen wordt methylprednisolon gebruikt.

  • Bijwerkingen

    Behalve het gewenste effect kan dit middel bijwerkingen geven. De kans op deze bijwerkingen hangt af van uw eigen gevoeligheid voor deze bijwerkingen, de hoeveelheid methylprednisolon die u gebruikt en de duur van de behandeling. Vraag uw arts welke bijwerkingen u kunt verwachten.

    • In het algemeen geldt het volgende: bij een behandeling van een of twee injecties en bij substitutietherapie heeft u weinig kans op bijwerkingen.
    • De bijwerkingen die u daarbij ervaart, zijn in het algemeen niet gevaarlijk of schadelijk, soms wel lastig of vervelend.
    • Bij veelvuldig gebruik, bijvoorbeeld vaker dan vier keer per jaar, gaan de meeste bijwerkingen na enkele dagen tot weken over als u aan het middel gewend bent geraakt. Na enkele weken gebruik heeft u wel kans op bijwerkingen, die optreden bij langdurend gebruik.

    De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende.

    Meteen vanaf het begin van de behandeling

    • Soms: maag- of darmklachten en onaangename smaak in de mond. De maag- en darmwand kunnen gevoeliger zijn, waardoor eerder maag- en darmzweren ontstaan. Overleg voor gebruik met uw arts als u een recent een maag- of darmzweer heeft gehad of die nu nog heeft. Eventueel kan uw arts een maagzuurbeschermend middel voorschrijven.
    • Hartkloppingen en flauwvallen, direct na het inspuiten.
    • Tijdelijke veranderingen in gevoel en stemming, die per persoon kunnen verschillen. Men kan energieker, prikkelbaar, rusteloos, angstig of agressief worden, maar ook neerslachtig, futloos of vermoeid. Overleg voor gebruik met uw arts als u depressief bent of hiervoor wordt behandeld. Mocht u veel last hebben van stemmingsveranderingen, vraag dan uw arts om advies. Mogelijk kan de dosering enigszins worden verlaagd.
    • Omdat bijnierschorshormonen de aanmaak en afbraak van koolhydraten beïnvloeden, kunnen bij mensen die daarvoor gevoelig zijn, verschijnselen van diabetes (suikerziekte) ontstaan. Zij merken dit doordat zij veel dorst krijgen en veel moeten plassen. Dit kan vooral optreden bij mensen boven de 75 jaar. Mensen met diabetes kunnen tijdens de behandeling meer insuline of bloedsuikerverlagende tabletten nodig hebben. Meet extra vaak uw bloedglucosegehalte.
    • Slecht genezende wonden en meer kans op infecties met bacteriën, virussen of schimmels. Start de behandeling niet, als het enigszins kan, als u last heeft van aandoeningen die zijn veroorzaakt door infecties van bacteriën, schimmels of virussen. Als de infectie uit de hand loopt, heeft u dat niet in de gaten, omdat bijnierschorshormonen ontstekingsverschijnselen, zoals roodheid en zwelling, tegengaan. Mocht zich een infectie tijdens het gebruik voordoen, bespreek dan met de arts wat u moet doen. Neem in elk geval contact op bij plotseling opkomende ontstekingen, bij ontstekingen in of rond het oog en bij een ontstekingen waarvan u weet of vermoedt dat deze door een virus zijn veroorzaakt.
      • Overleg met uw arts als u moet worden gevaccineerd, bijvoorbeeld tegen tropische ziekten. Mogelijk reageert uw lichaam onvoldoende op de inenting.
      • Raadpleeg uw arts als u een wond heeft die slecht geneest.
    • Een verhoogde bloeddruk kan ontstaan bij personen die daarvoor gevoelig zijn. Overleg voor gebruik met uw arts als u een hoge bloeddruk heeft of hiervoor wordt behandeld.
    • Een verhoogde oogboldruk kan ontstaan bij personen die daarvoor gevoelig zijn. Overleg voor gebruik met uw arts als u een verhoogde oogboldruk (glaucoom) heeft en deze niet wordt behandeld door de oogarts.
    • Bij sommige vrouwen blijft de menstruatie uit tijdens de behandeling.
    • U kunt last krijgen van spierzwakte en vermoeidheid. Mensen met de spierziekte myasthenia gravis kunnen extra last van hun aandoening krijgen. Overleg hierover met uw arts.
    • Oedeem. Dit merkt u vooral aan opgezwollen enkels en voeten. Mensen die al last van oedeem hebben, bijvoorbeeld door hartfalen zijn hier extra gevoelig voor. Overleg daarom voor gebruik met uw arts als u hartfalen of oedeem heeft.
    • Als u aan psoriasis lijdt: u kunt meer last krijgen van deze aandoening als u stopt met dit medicijn. Neem contact op met uw arts als u last heeft van rode schilferende of glanzende plekken op de huid, beschadigingen van de huid, jeuk, putjes in de nagels en gewrichtsklachten.

    Alleen als u extra gevoelig bent voor één van de bijwerkingen of als u vaker in korte tijd injecties krijgt, kunt u de bijwerkingen ervaren, die we hieronder noemen.

    Na gebruik van meer dan drie weken

    • Sommige mensen worden dikker door de veranderde opbouw en afbraak van vet, door toename van de eetlust en door het vasthouden van vocht. Het is vaak nodig de eetgewoonten aan te passen om het gewicht op peil te houden. Een diëtist kan u daarbij helpen. Vraag uw huisarts om een verwijzing.
    • Regelmatig krijgen mensen een opgezwollen gezicht. Dit is voor velen een belangrijk nadeel van de behandeling. Het is niet altijd mooi en terwijl het niet goed met hen gaat, zien zij er voor hun omgeving juist `welvarend` uit.
    • De huid wordt vaak dunner, waardoor het de onderliggende weefsels minder goed beschermt. Hierdoor kunt u eerder last krijgen van blauwe plekken en streepvormige littekens (striae). Enige maanden na het stoppen met de behandeling moet de huid weer zijn normale dikte terughebben. De littekens verdwijnen niet meer.
    • Andere effecten op de huid zijn dat wonden minder goed en minder snel genezen en dat er een verhoogde kans is op acne (jeugdpuistjes) en overmatige haargroei, vooral in het gezicht.
    • Vermindering van de werking van de bijnierschors. Hier heeft u tijdens de behandeling geen last van, maar na het stoppen heeft uw bijnierschors tijd nodig op gang te komen om weer zelf bijnierschorshormonen aan te maken. Dit kan een half jaar duren. Moet u tijdens of binnen een halfjaar na beëindiging van de behandeling een medische ingreep ondergaan? Vertel dan altijd dat u een bijnierschorshormoon gebruikt of heeft gebruikt. Na operaties heeft uw lichaam extra bijnierschorshormoon nodig. Omdat uw bijnierschors deze op dit moment zelf niet kan aanmaken, moet de dosering vaak worden aangepast.

    Na enkele maanden gebruik
    Dit is een gebruik van enkele maanden of verschillende injecties met een hoge dosering achter elkaar, bijvoorbeeld meer dan vier per jaar.

    De bijwerkingen kunnen na enkele maanden optreden of pas na het stoppen met een langdurige behandeling.

    • Verlies van botweefsel (osteoporose). De botten worden dan brozer, waardoor deze eerder breken. Het gebruik van bijnierschorshormonen versterkt het natuurlijke afbraakproces van de botten. Het is daarom belangrijk tijdens het gebruik van de bijnierschorshormonen voldoende kalk te gebruiken (in de vorm van zuivelproducten of eventueel als tabletten). Ook lichaamsbeweging is noodzakelijk voor een actieve opbouw van de botten.
    • Een blijvende vertroebeling van de ooglens (cataract) kan ontstaan. Neem contact op met uw arts als u veranderingen in uw gezichtsvermogen opmerkt. Bij ouderen en mensen met diabetes kan ouderdomsstaar wat eerder ontstaan dan normaal zou gebeuren. Ouderdomsstaar is een blijvende vertroebeling van de ooglens. Neem contact op met een oogarts als u wazig gaat zien en vermeld dan dat u een bijnierschorshormoon gebruikt. Het gezichtsvermogen kan met een bril vaak nog goed worden gecorrigeerd. Mocht na verloop van tijd het gezichtsvermogen te slecht zijn, dan is een lensoperatie nodig.
    • Kinderen kunnen door het gebruik soms minder hard groeien. Het is daarom belangrijk dat een arts regelmatig de lichaamslengte en het lichaamsgewicht controleert. Als blijkt dat inderdaad groeivertraging optreedt, dan kan tijdig worden overwogen de behandeling te stoppen.

    Raadpleeg uw arts als u te veel last heeft van één van de bovengenoemde bijwerkingen, of als u andere bijwerkingen ervaart waar u zich zorgen over maakt.

  • Gebruik

    Hoe?
    Dit middel wordt meestal door een arts of verpleegkundige toegediend. In sommige gevallen (bijvoorbeeld wanneer u op vakantie gaat) kunnen u of uw partner worden geïnstrueerd om zelf te kunnen spuiten in noodsituaties.

    Hoe lang?
    Afhankelijk van de aandoening krijgt u een eenmalige injectie, een aantal injecties verdeeld over enkele dagen of gedurende enkele maanden maandelijks een injectie.

  • Verboden

    autorijden, alcohol drinken en alles eten?
    Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen.

  • Wisselwerking

    De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

    • Ontstekingsremmende pijnstillers, zoals acetylsalicylzuur, diclofenac, ibuprofen en naproxen. Ontstekingsremmende pijnstillers hebben als bijwerking maag- en darmzweren. Methylprednisolon kan de kans op deze bijwerking verhogen. Zo nodig kan uw arts u bij deze combinatie een maagbeschermend middel voorschrijven. De pijnstiller paracetamol heeft deze bijwerking niet en kunt u wel veilig gebruiken.
    • Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin en BCG-vaccin. Methylprednisolon vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Overleg hierover met uw arts.
    • Middelen onder andere gebruikt bij epilepsie die een van de volgende bestanddelen bevatten: carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne of primidon en het middel tegen tuberculose rifampicine. Deze middelen kunnen de hoeveelheid methylprednisolon in het bloed verlagen. Bij stoppen, verhogen ze juist de hoeveelheid methylprednisolon. Overleg hierover met uw arts of apotheker. Dus ook als u met een van deze middelen gaat stoppen.
    • Telaprevir en boceprevir, medicijnen tegen hepatitis C. Deze medicijnen mogen niet in combinatie met methylprednisolon worden gebruikt. Overleg met uw arts.

    Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

  • Zwangerschap

    Zwangerschap

    • Injecties als stootkuur zijn soms mogelijk tijdens zwangerschap of als u zwanger wilt worden. Overleg hierover met uw arts.
    • Over een behandeling van verschillende weken of langer zult u samen met uw arts een afweging moeten maken tussen de voordelen van de behandeling en de risico's voor het kind. De effecten op het ongeboren kind zijn nog niet allemaal bekend, maar duidelijk is dat het kind minder goed kan groeien.

    Borstvoeding

    • Bij eenmalig gebruik of gebruik gedurende een paar dagen (stootkuur), kunt u veilig borstvoeding geven. Dit middel komt in een kleine hoeveelheid in de moedermelk. Bij kortdurend gebruik geeft dit, voor zover bekend, geen problemen bij de baby.
    • Bij een behandeling van verschillende weken of langer, kunt u borstvoeding geven. U moet dan na elk gebruik steeds 3 tot 4 uur wachten met het geven van borstvoeding. Het medicijn is dan weer voor een groot deel uit de moedermelk verdwenen. Hierdoor krijgt het kindje zo min mogelijk medicijn binnen.
  • Stoppen

    Nee, u kunt niet zomaar stoppen met een behandeling met methylprednisolon. Bouw langzaam af in overleg met uw arts.

    Bij plotseling stoppen, kunt u last krijgen van ernstige ziekteverschijnselen, zoals diarree, misselijkheid, zwakte en vermoeidheid. Deze ziekteverschijnselen ontstaan doordat uw eigen bijnierschors tijdens het gebruik minder hormonen aanmaakt. Er is immers al voldoende bijnierschorshormoon in het lichaam aanwezig. Bij plotseling stoppen kan de bijnierschors de hormonen niet ineens weer aanmaken. Het duurt enkele weken tot soms meer dan een jaar voor de bijnierschors weer helemaal op gang is.

  • Handelsinformatie

    Methylprednisolon is sinds 1956 internationaal op de markt. In injecties is het op recept verkrijgbaar onder de merknamen DepoMedrol en SoluMedrol.

    Injecties met methylprednisolon worden ook plaatselijk toegediend in huidaandoeningen of rond ontstoken gewrichten. Lees hiervoor de tekst onder Methylprednisolon injecties in of rond een gewricht of huidaandoening.

Laatst gewijzigd op: 24 februari 2014

Herhaalrecept

Gebruikt u DepoMedrol? Via deze website kunt u een herhaalrecept aanvragen

Gerelateerde videos

COPD

Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en de luchtpijp naar steeds kleiner wordende luchtwegen, de bronchiën. De bronchiën vertakken zich tot bronchioli en uiteindelijk tot kleine trosjes dunne, tere zakjes, de longblaasjes (medische benaming: alveoli).

COPD (chronische obstructieve longziekte) valt onder de categorie ziekten waardoor de luchtdoorstroming wordt geblokkeerd en waarbij zich ademhalingsproblemen voordoen. Emfyseem is een ziekte die de longblaasjes en de longblaaskanaaltjes vernietigt. Wanneer de longen hun elasticiteit verliezen, scheuren de longblaasjes en ontstaan er grote luchtholten. Deze holten verkleinen de oppervlakte die ons lichaam nodig heeft om zuurstof op te nemen en koolstofdioxide af te geven.

Bronchitis is een ontsteking van de bekleding van de bronchiën. Chronische bronchitis is het gevolg van hardnekkige ontstekingen van deze luchtwegen. Er wordt voortdurend slijm geproduceerd en op den duur wordt de bekleding van de bronchiën dikker. Dit belemmert de uitstroom van lucht tijdens de ademhaling.

COPD wordt veroorzaakt door: 1) tabak, 2) astma, 3) blootstelling aan luchtverontreiniging thuis en op het werk, 4) erfelijke factoren en 5) infecties van de luchtwegen.

COPD

Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en de luchtpijp naar steeds kleiner wordende luchtwegen, de bronchiën. De bronchiën vertakken zich tot bronchioli en uiteindelijk tot kleine trosjes…

Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en de luchtpijp naar steeds kleiner wordende luchtwegen, de bronchiën. De bronchiën vertakken zich tot bronchioli en uiteindelijk tot kleine trosjes dunne, tere zakjes, de longblaasjes (medische benaming: alveoli).

COPD (chronische obstructieve longziekte) valt onder de categorie ziekten waardoor de luchtdoorstroming wordt geblokkeerd en waarbij zich ademhalingsproblemen voordoen. Emfyseem is een ziekte die de longblaasjes en de longblaaskanaaltjes vernietigt. Wanneer de longen hun elasticiteit verliezen, scheuren de longblaasjes en ontstaan er grote luchtholten. Deze holten verkleinen de oppervlakte die ons lichaam nodig heeft om zuurstof op te nemen en koolstofdioxide af te geven.

Bronchitis is een ontsteking van de bekleding van de bronchiën. Chronische bronchitis is het gevolg van hardnekkige ontstekingen van deze luchtwegen. Er wordt voortdurend slijm geproduceerd en op den duur wordt de bekleding van de bronchiën dikker. Dit belemmert de uitstroom van lucht tijdens de ademhaling.

COPD wordt veroorzaakt door: 1) tabak, 2) astma, 3) blootstelling aan luchtverontreiniging thuis en op het werk, 4) erfelijke factoren en 5) infecties van de luchtwegen.

Bekijk video

Bijnierschorshormonen (Corticosteroïden)

De bijnieren maken deel uit van het hormoonstelsel en regelen hormoonspiegels in het lichaam. Het zijn kleine, piramidevormige klieren, bovenop beide nieren gelegen. De bijnieren produceren het hormoon cortisol. Cortisol…

De bijnieren maken deel uit van het hormoonstelsel en regelen hormoonspiegels in het lichaam. Het zijn kleine, piramidevormige klieren, bovenop beide nieren gelegen. De bijnieren produceren het hormoon cortisol. Cortisol heeft een groot aantal functies. De belangrijkste is dat extra cortisol kan worden geproduceerd als hulpmiddel bij de behandeling van infectie, trauma en emotionele spanning.

In bepaalde gevallen wordt gezond knieweefsel door het immuunsysteem als geïnfecteerd beschouwd en aangevallen door witte bloedcellen van het eigen lichaam, met een pijnlijke ontsteking als gevolg. Soms echter is zelfs de extra aanmaak van cortisol als reactie van het immuunsysteem niet voldoende.

Corticosteroïden zijn medicijnen die kunnen worden geïnhaleerd, oraal ingenomen, plaatselijk op de huid aangebracht of in een ader of onderhuids geïnjecteerd. Het zijn kunstmatig geproduceerde hormonen die sterk op cortisol lijken. Corticosteroïden verhinderen de aanval van witte bloedcellen op het weefsel en verminderen de aanmaak van ontsteking veroorzakende stoffen door immuuncellen.

Corticosteroïden worden vaak gebruikt voor de behandeling van ontstekingen en auto-immuunziekten, zoals reumatoïde artritis, systemische lupus erythematodes (SLE) en bepaalde ademhalingsziekten.

Bekijk video

Meld bijwerkingen

Een paar minuten van uw tijd kan een leven redden.

Omdat niet alle bijwerkingen bekend zijn op het moment dat een geneesmiddel of een vaccin op de markt wordt gebracht, zijn meldingen uit de praktijk onmisbaar voor een veilig geneesmiddelgebruik.

Lareb verzamelt alle bijwerkingen van geneesmiddelen en vaccins in Nederland. Daardoor valt het snel op als een bijwerking vaak voorkomt. Dit systeem werkt alleen als er zoveel mogelijk bijwerkingen gemeld worden door zorgverleners, apothekers en patiënten.

Uw melding is dus belangrijk om geneesmiddelen nog veiliger te maken!

Meld bijwerkingen